Jongeren geven gemeente advies
‘Iets doen voor je stad is gaaf’
Tekst Jelle van der Meulen Beeld Haagse Jongerenambassadeurs
De Haagse Jongerenambassadeurs geven adviezen aan de gemeente om beleid beter af te stemmen op de behoeften van jongeren. Ze hebben moeten vechten voor inspraak, maar werken inmiddels goed samen met de gemeente Den Haag.
‘Pas als jongeren overlast veroorzaken, wordt er actie ondernomen’
Shania Lalai: ‘Veel organisaties en overheden willen wel, maar weten gewoon niet hoe je jongeren bereikt’
Wat niet weet, wat niet deert. Gaat het goed met jongeren, dan worden ze al gauw vergeten, zegt jongerenambassadeur Shania Lalai. De student bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit ziet dat jongeren pas op de beleidsagenda verschijnen zodra ze “probleemjongeren” zijn. ‘Er zijn veel onderwerpen waar jongeren iets van vinden, maar de politiek geeft weinig gehoor aan hun mening. Pas als ze overlast veroorzaken voor de samenleving, wordt er actie ondernomen. Dat proberen wij te veranderen.’
‘Nu weet de gemeente ons beter te vinden dan voorheen’
Jamie Bosman: ‘Ik praat veel met vrienden, maar kom ook via sociale media met veel mensen in contact’
Verbinding maken De Haagse Jongerenambassadeurs zijn jongeren tussen de 15 en 24 jaar die meer verbinding willen maken tussen de gemeente en hun leeftijdgenoten in Den Haag. Ze geven gevraagd en ongevraagd adviezen aan wethouders en nemen deel aan activiteiten rondom jongeren(participatie). Soms vraagt de gemeente hen mee te denken over een bepaald thema, in andere gevallen krijgen ze signalen uit hun achterban, waarna ze enquêtes uitzetten en onderzoek uitvoeren. Binnen de organisatie zijn er vier zogeheten hubs, waarin de werkzaamheden verdeeld zijn: evenementen, externe relaties, communicatie en adviestrajecten. De groep is zeer divers, om zo representatief mogelijk te zijn. ‘We willen vertegenwoordiging op alle vlakken: qua afkomst, studie, achtergrond, leeftijd en wijk,’ zegt Lalai, die zelf 24 is. Het moet laagdrempelig blijven, zodat iedereen zo veel mogelijk mee kan doen.’ De thema’s die jongeren bezighouden lopen uiteen, maar de laatste tijd komen vooral de klimaatcrisis, duurzaamheid, veiligheid en mentaal welzijn veel aan bod. ‘De nasleep van corona heeft laten zien dat mentaal welzijn een heel groot issue is onder jongeren,’ zegt de 21-jarige Jamie Bosman, jongerenambassadeur en student politicologie aan de Universiteit Leiden. Lalai voegt toe: ‘Wij gaven voor corona al het advies om te letten op mentale gezondheid, maar men zag nog niet wat voor problemen dat kon veroorzaken. Pas na corona zijn organisaties en overheden er aandacht aan gaan besteden.’
Verbinding maken De Haagse Jongerenambassadeurs zijn jongeren tussen de 15 en 24 jaar die meer verbinding willen maken tussen de gemeente en hun leeftijdgenoten in Den Haag. Ze geven gevraagd en ongevraagd adviezen aan wethouders en nemen deel aan activiteiten rondom jongeren(participatie). Soms vraagt de gemeente hen mee te denken over een bepaald thema, in andere gevallen krijgen ze signalen uit hun achterban, waarna ze enquêtes uitzetten en onderzoek uitvoeren. Binnen de organisatie zijn er vier zogeheten hubs, waarin de werkzaamheden verdeeld zijn: evenementen, externe relaties, communicatie en adviestrajecten. De groep is zeer divers, om zo representatief mogelijk te zijn. ‘We willen vertegenwoordiging op alle vlakken: qua afkomst, studie, achtergrond, leeftijd en wijk,’ zegt Lalai, die zelf 24 is. Het moet laagdrempelig blijven, zodat iedereen zo veel mogelijk mee kan doen.’ De thema’s die jongeren bezighouden lopen uiteen, maar de laatste tijd komen vooral de klimaatcrisis, duurzaamheid, veiligheid en mentaal welzijn veel aan bod. ‘De nasleep van corona heeft laten zien dat mentaal welzijn een heel groot issue is onder jongeren,’ zegt de 21-jarige Jamie Bosman, jongerenambassadeur en student politicologie aan de Universiteit Leiden. Lalai voegt toe: ‘Wij gaven voor corona al het advies om te letten op mentale gezondheid, maar men zag nog niet wat voor problemen dat kon veroorzaken. Pas na corona zijn organisaties en overheden er aandacht aan gaan besteden.’
Sinds 2005
De Haagse Jongerenambassadeurs bestaan sinds 2005 en worden sinds de oprichting gefinancierd door de gemeente Den Haag, die al jaren inzet op participatie door jongeren. Sinds de oprichting hebben ruim 100 jongerenambassadeurs deelgenomen en zijn ruim 100 adviezen uitgebracht aan de gemeente. De adviezen beslaan een breed scala aan onderwerpen en variëren van hoe theaters een jong publiek kunnen bereiken tot het beter bereiken van jongeren via het internet.
Spil in agendering Bosman en Lalai benadrukken dat de gemeente weinig doet, als zij jongerenkwesties niet aankaarten. ‘Veel organisaties en overheden willen wel, maar weten gewoon niet hoe je jongeren bereikt,’ legt Lalai uit. ‘Dat is waarom wij bestaan.’ Standaardonderdeel van ieder advies dat de jongerenambassadeurs geven is daarom hoe je met jongeren in contact komt. Sociale media spelen daarin een belangrijke rol, waarbij de jongerenambassadeurs per beleidsonderwerp en doelgroep een bepaalde strategie adviseren. Zelf hebben de Haagse Jongerenambassadeurs een stevige achterban van honderden jongeren, die reageren op sociale media en met wie ze in gesprek gaan. ‘Ik praat natuurlijk veel met vrienden, maar kom ook via sociale media met veel mensen in contact,’ vertelt Bosman. ‘Wanneer wij enquêtes delen om onderzoek te doen, krijgen we heel veel respons. Dan praat ik ook online ineens met oud-middelbareschoolgenoten die ik destijds nooit sprak, maar die me nu voorzien van informatie waar ik geen weet van had.’ Op sociale media bereiken de ambassadeurs vooral de jongeren die al interesse hebben in maatschappelijke vraagstukken. In haar eigen netwerk probeert Lalai ook mensen te vinden die niet direct staan te springen. ‘Ik heb veel jongeren in mijn eigen netwerk die zich niet bezighouden met politiek of maatschappelijke kwesties. Sommige van hen hebben geen vertrouwen in de overheid of denken dat ze toch niet gehoord worden. Het beste is dan om gewoon een persoonlijk gesprek te voeren en te horen wat iemand bezighoudt. Maar sommigen willen er niet mee lastiggevallen worden, en dat is ook prima.’
Vechten voor begrip Bosman raakte op de middelbare school geïnteresseerd in politiek, waarop een docent hem wees op de Haagse Jongerenambassadeurs. Hij vond het gelijk geweldig. ‘Je verwacht niet dat je zo’n impact kunt hebben. Maar dan merk je dat je wat kunt doen voor je stad en dat je stem ertoe doet. Dat is heel gaaf.’ Lalai kwam bij de organisatie via een maatschappelijke stage die ze deed voor haar mbo-opleiding juridisch medewerker. Ze vond het onderwijs niet goed, vooral in de omgang met studenten: ‘Er werd totaal niet naar ons geluisterd. Bij de Jongerenambassadeurs merkte ik hoeveel je kunt bereiken als men wel naar je luistert.’
Bij de gemeente hebben ze aanvankelijk moeten vechten voor een luisterend oor, aldus Lalai. Nadat ze, op advies van de gemeente, een professionaliseringsslag maakten, ging het beter. Met behulp van een onderzoeksbureau verbeterden de ambassadeurs hun gehele adviestraject. ‘Maar we wilden ook iets terugzien voor onze professionalisering. We wilden gemakkelijker contact krijgen met wethouders en terugkoppeling na ieder advies.’ In plaats van een groter aantal kleinere adviezen, presenteren de jongerenambassadeurs nu drie grote adviezen en zes kleine per jaar. Ze vervolgt: ‘Nu weten ze ons beter te vinden dan voorheen. We zijn op een punt gekomen dat ze weten wat wij doen en dat ze weten dat wij dat goed doen. Onze adviezen zijn nu heel waardevol voor ze.’ Bosman: ‘Ze zien steeds meer onze kwaliteiten en worden daar vrolijk van. Wij zien dat ze onze adviezen soms een-op-een overnemen in een beleidsnota. Daaruit blijkt wel dat we tegenwoordig echt invloed hebben. ◼
Deel dit artikel