Tong
Laatst beet ik per ongeluk op mijn tong. Ik kan je verzekeren: dat was geen pretje. Het is nu ruim een week geleden en nog steeds kan ik het voelen. Men zegt weleens, als je beter kunt zwijgen dan spreken: je moet op je tong bijten. Nou, mij niet gezien! Ik moest eraan denken toen ik keek naar de balkonscène. De koning werd uitgejoeld maar zwaaide dapper door. Even daarvoor was onze oud-vorstin in beeld geweest. Ze zat traditiegetrouw achter een raam bij de Raad van State, op de uitkijk om naar haar zoon te wuiven. Voor haar bevond zich een joelende en scheldende groep demonstranten met omgekeerde vlaggen. Ook zij vertrok geen spier. En natuurlijk, die demonstranten hadden beter eerst even achter zich (ze stonden immers voor het gebouw van de Raad van State) een lesje staatsrecht kunnen halen. Dan hadden ze geweten dat ze bij de koning aan het verkeerde adres zijn. Dat het helemaal geen zin heeft om de koning iets kwalijk te nemen. Iets met het principe van de ministeriële verantwoordelijkheid en koninklijke onschendbaarheid. Maar ja, voor die demonstranten hoort de koning gewoon bij die hele kliek van landverraders, minkukels en bandieten die dit land naar de knoppen helpen. Die ellendelingen die het zelfs op hun geweten durven nemen dat we straks geen eten meer hebben omdat we de boerenstand om zeep helpen. En dus kreeg hij de volle laag. Een week later gebeurde het nog een keer. Een nare ontwikkeling! Desondanks bleef hij vriendelijk wuiven. In een commentaar op het overlijden van koningin Elizabeth las ik dat haar kracht was dat zij stil bleef staan terwijl de wereld om haar heen bijwijlen op hol leek te slaan. Het is als met een orkaan: in het oog ervan is het windstil. Haar immense populariteit had ze niet opgebouwd door haar eigen mening van de daken te schreeuwen. Integendeel! Ze had niet naar de gunst van het volk gedongen door mee te gaan kibbelen over thema’s die het politieke landschap in het Verenigd Koninkrijk doorkliefden. Allesbehalve! Over weinig zaken weten wij haar eigen mening. Ze hield zich stil, maar was wel present. En juist dat maakte haar zo breed geliefd. Je wint natuurlijk geen verkiezingen als je niets van je laat horen. Maar in de kolkende kakofonie van meningen en standpunten, waarin je vooral goed van de tongriem gesneden moet zijn en moet wedijveren om het hoogste woord, zou wat meer stilte weldadig zijn. Misschien kost het je het puntje van je tong, maar daar kom je wel overheen. Uiteindelijk…
Arwin van Buuren is bijzonder hoogleraar bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Deel dit artikel