‘Je haalt een opgave niet op van papier’
Grenzeloos samenwerken
Tekst Pieter Verbeek Beeld Hilbert Krane
Om echt dienstbaar te kunnen zijn aan burgers en bedrijven is het van belang dat de overheid de maatschappelijke opgave centraal stelt. Samen vanuit de opgave werken en burgers behandelen zoals bedoeld, is daarbij het vertrekpunt. Hoe overbrug je het gat tussen maatschappij en overheid en wat betekent dit voor je ambtelijke vakmanschap? Hoe werk je samen met collega’s van andere overheden, met inwoners en andere externe partijen? Het klinkt basaal en wellicht simpel, maar de praktijk is weerbarstig. Wat maakt het zo moeilijk?
Volgens Ellen Viergever (l.) en Limke Tukker zijn veel opgaven zo groot dat je ze alleen nog maar multidisciplinair kunt oppakken
‘Het gaat om een kanteling in gedrag
en cultuur’
Van de wooncrisis, de energietransitie tot stikstof en schulden. De grote maatschappelijke vraagstukken waar Nederland voor staat zijn niet op te lossen als de overheid in de eigen kolommen blijft werken. ‘Samenwerking met andere partijen, midden in in het maatschappelijk speelveld, is nodig om die opgaven het hoofd te bieden,’ vertelt Limke Tukker, samen met Ellen Viergever van het rijksbrede programma Grenzeloos Samenwerken. ‘Kijk als voorbeeld naar de asielinstroom. Dat gaat niet alleen over migratie, maar ook over woningen, zorg en onderwijs. Het vraagstuk reikt dus verder dan een departement en dan alleen het rijk.’
Voorbij de schotten Werken vanuit de opgave vraagt een andere manier van werken. Als ambtenaar moet je meer in de maatschappij stappen, de bedoeling centraal zetten, contact leggen met de samenleving, het veld, het toezicht en de uitvoering. Ambtenaren zitten als een spin in het web. ‘We moeten ons daarbij realiseren dat we het niet altijd voor het zeggen hebben, maar er wel invloed op kunnen hebben. De vraag is hoe we daar samen vorm aan geven,’ zegt Tukker. ‘We zijn snel geneigd in huis mooie dingen te bedenken en die dan vervolgens af te stemmen met de buitenwereld. Dat moet dus anders. We moeten veel meer bij die buitenwereld beginnen. Wat is het echte probleem, wat is ervoor nodig dat op te lossen, wie kunnen helpen en hoe organiseren we dat?’ We moeten dus anders te werk gaan. Viergever: ‘De huidige indeling van het rijk past niet meer, veel opgaven zijn zo groot dat je ze alleen nog maar multidisciplinair kunt oppakken. Het gaat om gelijkwaardig samenwerken aan de opgaven, samen met andere departementen, andere overheden, kennisinstellingen en steeds meer met participatie vanuit de samenleving.’ Tukker vult aan: ‘Het liefst zou je willen komen tot een rijk. Zonder schotten. Maar we zoeken het niet in structuurwijzigingen. Het gaat om een kanteling in gedrag en cultuur en van onze systemen en processen. Een complete mindset gericht op een rijksdienst die echt opgavegericht werkt volgens de bedoeling van datgene wat je wilt bereiken, en grenzeloos samenwerkt, dus over de grenzen van organisaties heen. Daar geloven wij in.’
Spannend Wat maakt het zo moeilijk voor ambtenaren om opgavegericht te werken? Viergever: ‘We zijn het als ambtenaren gewoon niet gewend. Het is spannend om naar buiten te gaan, om verbinding te maken met wat er is en dat samen verder te brengen. Daarvoor moet je je open en kwetsbaar opstellen, willen luisteren en durven vragen wat er nodig is. Er is dus lef voor nodig, en dat we ons niet te veel laten drukken in de waan van de dag. De politiek vraagt veel van het ambtenarenapparaat en we voelen allemaal dat daar soms spanning op zit. En natuurlijk maakt het dat lastig. Het is belangrijk dit soort dilemma’s (wat doe ik als het spannend wordt tussen dat wat de opgave van mij vraagt en dat wat de politiek van mij vraagt) te bespreken. Met elkaar, zodat kijkend vanuit de bedoeling, de juiste afweging kan worden gemaakt.’ In het programma Grenzeloos Samen-werken helpen Viergever en Tukker samen met hun team met het voeren van onder andere dit soort gesprekken. Ze organiseren bijvoorbeeld sessies in het werk, waarin opgaven een stapje verder worden gebracht, helpen met het voeren van dialogen over ethische vragen. Leidinggevenden spelen een cruciale rol. Het programma begeleidt leergroepen van programmadirecteuren en ondersteunt een community waarin programmadirecteuren als collectief bijdragen aan de rijksbrede ontwikkeling. Binnenkort opent aan de Turfmarkt in Den Haag, bij de ingang van de departementen van Justitie en Veiligheid en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, een ruimte waarin teams bij elkaar kunnen komen om te werken aan een opgave. Een mooi voorbeeld van hoe hybride werken kan helpen om aan de opgave te werken. Deze plek is toegankelijk voor iedereen. Elke burger die langsloopt kan hier binnenstappen om rechtstreeks in contact te komen met rijksambtenaren. Agenda Stad en Open Overheid zijn de eerste programma’s die er gebruik van gaan maken.
‘We moeten veel meer bij de buitenwereld beginnen’
Bewustwording Viergever en Tukker zien inmiddels bij alle departementen toenemende bewustwording van het opgavegericht grenzeloos werken en het ambtelijk vakmanschap. Met praatplaten van initiatieven per departement zijn ze 3 jaar geleden de hele rijksdienst rondgetrokken, van bestuursraden tot directieteams en medezeggenschap. Want het helpt om van elkaar weten wat de verbinding is tussen die initiatieven en hoe we elkaar kunnen helpen. Onlangs hebben ze een nieuw rondje gedaan. Je ziet echt ontwikkeling, vertelt Viergever. ‘De verschillende departementen staan allemaal aan en zijn met dezelfde thema’s bezig: open overheid, opgavegericht werken, antidiscriminatie, inclusie. Dat merken we in de gesprekken die we voeren en de voorbeelden die we tegenkomen.’ Bij de departementen lopen goede initiatieven. Zo heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) opgavecoaches in het leven geroepen. IenW-collega’s die in het werk opgaveteams helpen en ondersteunen in het proces om van buiten naar binnen te werken samen met beleid, uitvoering en inspectie. En die bovendien de werkwijze toegankelijk en breder beschikbaar maken zodat van elkaar geleerd kan worden. ‘Door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) zijn luistersessies georganiseerd. Ambtenaren van alle niveaus, waaronder ook de secretaris-generaal, zijn in gesprek gegaan met mensen die het werk van OCW letterlijk ervaren: leraren, scholieren, wetenschappers, theatermakers. ‘Het was een open uitnodiging voor iedereen,’ vertelt Viergever. ‘Daar hebben ze veel opgehaald wat er nu allemaal speelt en waar men heel erg mee worstelt. Je haalt een opgave niet op van papier. Die moet je uit de maatschappij halen. Je moet voelen wat er speelt. We zitten hier immers best wel in de Haagse bubbel.’
Impact Maar hoe meet je nu dusdanige gedrags- en cultuurverandering? ‘We willen ons verantwoorden op de impact die we hebben gemaakt op het gedrag en handelen van ambtenaren,’ vertelt Viergever. ‘Daarvoor zijn we nu bezig met een pilot anders verantwoorden. We meten bijvoorbeeld het waardebesef van rijksambtenaren. Die hebben we ontwikkeld op basis van de Gids Ambtelijk Vakmanschap. Als we ons gedachtegoed en de daarmee bedoelde transitie op de werkvloer kunnen brengen, hebben we het goede gedaan en daar wordt de burger beter van.’ Na 5 jaar hopen Tukker en Viergever te hebben bereikt dat ambtenaren met het gemeenschappelijke doel voorop de verbinding weten te maken en vanuit de eigen kracht in de samenwerking zitten. ‘Dus dat we elkaar echt weten te vinden, elkaar opzoeken en samenwerken (dus niet alleen afstemmen) ten behoeve van de maatschappelijke opgave,’ licht Viergever toe. Tukker: ‘Ik hoop dat bij het rijk “mijn minister vindt” steeds minder klinkt en in plaats daarvan “de opgave heeft nodig dat” steeds vaker hoorbaar is.’ ◼
Deel dit artikel