Niet de markt, maar de behoefte centraal
Tekst Jelle van der Meulen Beeld Provincie Noord-Brabant
In Noord-Brabant blijkt een grote behoefte te zijn aan nieuwe woonvormen. Met een actieprogramma stimuleert de provincie de bouw daarvan. ‘In plaats van vrijheid, blijheid moeten we datgene bouwen waar daadwerkelijk behoefte aan is.’
‘Een groot deel van de woonbehoefte past niet in een standaard hokje’
Van flexwonen tot tiny houses en van collectieve zelfbouw tot jongeren en ouderen die samen willen wonen. Wil de ambitieuze woningbouwopgave slagen, dan moet er ruimte zijn voor dit soort nieuwe woonvormen. De vraag is er wel, maar het aanbod niet, weet Maurice van Noordenne, beleidsadviseur wonen bij de provincie Noord-Brabant. ‘Een groot deel van de woonbehoefte past niet in een standaard hokje, wordt niet uitgevraagd in onderzoek, en wordt mede daardoor niet of nauwelijks bediend door de markt en woningcorporaties. Daar willen we verandering in brengen.’
Belangrijke bijdrage Met het Actieprogramma Nieuwe Woonvormen en Zelfbouw wil de provincie Noord-Brabant aan al die verschillende woonbehoeften aandacht geven. De rol van de provincie is daarbij vooral stimulerend en coördinerend. Van Noordenne: ‘Wij zien erop toe dat er voldoende gebouwd wordt, voor de juiste doelgroepen. Daarnaast ondersteunen we particuliere initiatiefnemers met subsidies en leningen voor collectieve wooninitiatieven.’ Eerste stap was om deze specifieke woonbehoefte in kaart te brengen. Met soms een relatief hoog percentage individuele kavelbouw en veel ouderen met interesse in collectieve woonprojecten, komt in sommige regio’s de behoefte aan nieuwe woonvormen tot wel 30 procent. ‘Dat staat bij niemand op het netvlies en was daarom wel een eyeopener voor veel mensen,’ weet Van Noordenne. ‘Dan blijkt wel dat je met deze woonvormen gewoonweg een groot deel van de woningbouwopgave kunt realiseren.’ Grootste knelpunt daarbij is het vinden van de juiste locaties, vertelt Van Noordenne. ‘Corporaties staan voor een enorme bouwopgave, maar hebben geen grond. Daar komt nu gelukkig wel enige beweging in.’ Andere obstakels, zoals belemmerende wet- en regelgeving, komen ze in Noord-Brabant volgens Van Noordenne maar heel beperkt tegen. ‘Wij stimuleren dat gemeenten bestuurlijke doelen stellen, en gebruiken onze instrumenten om andere partijen te ondersteunen in de realisatie daarvan. De gemeente Breda wil bijvoorbeeld 5 procent van de nieuwe woningen bouwen via collectief particulier opdrachtgeverschap. Dat is vastgelegd door de gemeenteraad, wat betekent dat je er als wethouder de boer mee op kunt bij projectontwikkelaars: jongens, deze percentages moeten jullie inplannen.’
Bredere doelen Onder meer door stikstofproblematiek, moeizame vergunningverlening en hoge rente lijkt de ambitie om in 2030 zo’n 900.000 woningen te hebben gebouwd, momenteel ver weg. Desalniettemin is Van Noordenne blij met de plannen van minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening). ‘Iedereen weet dat 900.000 woningen wat te ambitieus is, maar dat is wel het aantal dat nodig is. Het is in ieder geval mooi dat aan dat aantal bredere doelen hangen: voor wie gaan we bouwen en hoe zien die woningen eruit? Dat is het belangrijkste: niet langer vrijheid, blijheid, maar realiseren op basis van de behoefte die er is.’ ◼
Deel dit artikel