Energie voor Elkaar
Sla met stroom en warmte twee vliegen in een klap
Maak mensen warm voor warmte
Tekst Jelle van der Meulen Beeld Gertjan van Ginkel
Met de aanleg en ontwikkeling van Slimme Groene Warmtenetten wil Energie voor Elkaar de energietransitie versnellen. Belangrijk is daarbij wel dat burgers de vrije keuze hebben om zich al dan niet aan te sluiten op de slimme netwerken. ‘Zodra je een goed product aanbiedt, overtuig je mensen om te verduurzamen.’
Valentijn Kleijnen: ‘We moeten het samen doen, in de publieke ruimte’
‘Wij streven naar collectiviteit op basis van vrije keuze’
Heb je het over de energietransitie, dan gaat het al snel vooral over elektriciteit. Men vergeet weleens dat ook warmte een heel belangrijke pijler is, zegt Valentijn Kleijnen, CEO bij Energie voor Elkaar. ‘Meer dan de helft van onze energie bestaat uit warmte. We hebben een stroomprobleem – zowel een beperking van het netwerk als een tekort aan groene stroom – dat we collectief kunnen oplossen door het warmteprobleem aan te pakken. Dat is wat wij proberen te bereiken.’
Puzzelstukjes leggen Energie voor Elkaar is momenteel in vijftien gemeenten actief om door het ontwikkelen van Slimme Groene Warmtenetten de energietransitie te versnellen. De organisatie werkt daarbij samen met gemeenten, bedrijven, woningbouwverenigingen, adviesbureaus en initiatiefnemers voor duurzame lokale warmte. ‘In alle transitievraagstukken ontbreken puzzelstukjes,’ legt Kleijnen uit. ‘Wij voegen de ontbrekende stukjes toe, door kennis te bieden, een warmtenet te realiseren, warmte op te wekken, een backoffice-organisatie te bieden, te financieren en vooral samen te werken met lokale partners en lokale overheden. Zo verbinden we lokale bronnen met lokale afnemers. Een warmtenetwerk aanleggen is een stuk meer werk dan zomaar een pijp in de grond leggen.’ Het momentum is daar voor warmte, meent Kleijnen, simpelweg omdat er veel meer mogelijk is dan vroeger. Sluit je een woning aan op een netwerk, dan zorgen lokale bronnen voor warmte, of dat nou biobrandstof, aardwarmte, restwarmte uit de industrie of in de toekomst waterstof is. ‘Na verloop van tijd worden die bronnen steeds duurzamer,’ legt hij uit. ‘Als je eenmaal aangesloten bent op het netwerk, dan word je dus automatisch duurzamer. De bronnen veranderen pakweg iedere 15 jaar, maar het netwerk blijft zo’n 50 jaar liggen.’
Vrije keuze De oplossing lijkt dus simpel: sluit iedereen zo snel mogelijk aan op slimme warmtenetten. Maar Kleijnen benadrukt dat iedereen zijn eigen tempo heeft en vooral zijn of haar eigen keuze moet maken. ‘Wij streven naar collectiviteit op basis van eigen keuze. We leggen de voordelen uit van een slim warmtenetwerk, waarmee je een optie hebt om te verduurzamen. Maar daar kun je" ja of nee" op zeggen. Keuzevrijheid zorgt altijd voor meer draagvlak.’ ‘Als je “ja” zegt, gaan we het organiseren. Zeg je “nee”, dan gaan we aan je huis voorbij; dat is de keuze die je dan maakt. Ik geloof dat als je een goed product hebt, zoals wij dat hebben, dat je mensen kan overtuigen, thuis aan de keukentafel. Het maatschappelijke debat over de energietransitie is belangrijk, maar je moet tegelijkertijd een concreet aanbod hebben.’ We kunnen de energietransitie versnellen als we mensen niet alleen als burger, maar ook als consument zien, denkt Kleijnen. ‘Een en dezelfde persoon maakt als burger en als consument wellicht een andere afweging. Je ziet momenteel dat heel veel maatschappelijke vragen aan de burger worden voorgelegd, waardoor hij op een gegeven moment niet meer meedoet. Bied je een goed werkend product aan, dan gaat hij als consument denken en overwegen wat het hem te bieden heeft.’
Multibestemmingen Dat de energietransitie te traag verloopt, is volgens Kleijnen wel duidelijk. ‘De problemen nemen toe. Wij mengen ons vooral in het debat door te doen. Als je dingen realiseert, krijg je ook een ander gesprek en kom je sneller tot de kern en de inhoud.’ Die inhoud gaat verder dan energie alleen. ‘De inrichting van het land moet leefbaar zijn, duurzaam, betaalbaar, en dan ook nog toekomstbestendig. Dat zijn nogal wat grote woorden. Wil je die waarmaken, dan moet je ook op een andere manier gaan nadenken over de leefomgeving.’ De oplossing schuilt wat Kleijnen betreft in multibestemmingen. ‘In Nederlandse bestemmingsplannen is precies ingedeeld wat waar mag. Maar waarom is het eigenlijk zo dat je maar een of twee bestemmingen hebt voor een bepaalde plek? Wat nou als je werken, recreatie, natuur en industrie kunt combineren in een gebied? Dan heb je ineens een heel groot land, met een heleboel ontwikkelkansen.’ Kleijnen zag al ideeën en tekeningen voorbijkomen waarin zulke multibestemmingen worden gecreëerd. Denk bijvoorbeeld aan een industriële installatie met daar overheen een groen dak, met op een slimme manier zonnevelden geïntegreerd en een stukje voor agrarisch gebruik. ‘Met zoiets is iedereen tevreden, het ziet er mooi uit, maar het past niet in wet- en regelgeving,’ aldus Kleijnen.
Vooruit Dat probleem overstijgt de energietransitie, denkt Kleijnen. ‘In alle transities die gaande of nodig zijn is er een spanningsveld tussen praktijk enerzijds en wet- en regelgeving anderzijds. Regelgeving gaat over vroeger, terwijl als je iets ontwikkelt je naar het volgende jaar kijkt, of over 4 jaar, of over 6 jaar. Die uitdaging moeten we gaan overbruggen met elkaar, in de publieke ruimte, in het publieke debat. Iets meer de blik op de toekomst zou goed zijn.’ Hij ziet voor iedereen kansen, maar waarschuwt wel dat overheden er beter gisteren dan vandaag mee kunnen beginnen. ‘Op sommige plekken staat het gesprek over warmte echt nog in de kinderschoenen. Blijf vooral niet te lang hangen bij de ontwikkeling van plannen, maar probeer het ook echt te realiseren, met een brede kijk op je eigen gemeente. Investeer in het kennisniveau binnen de eigen organisatie en durf daarnaast samen te werken met partijen daarbuiten, de markt. Marktpartijen kunnen een belangrijke bijdrage leveren, ook met gemeenten in de regierol. We moeten het samen doen, in de publieke ruimte.’ ◼
‘Blijf niet te lang hangen bij het ontwikkelen van plannen’
Deel dit artikel