De maatschappij ben jij
Ik weet niet hoe het u vergaat maar ik betrap mezelf de laatste tijd steeds vaker op de gedachte: de wereld lijkt wel gek geworden. Wat voorheen vanzelfsprekend was, en algemeen aanvaard, blijkt opeens helemaal niet vanzelfsprekend meer, om van algemeen aanvaard nog maar te zwijgen. De vrijheid van de Oekraïners bijvoorbeeld om zelf te beslissen in welk land ze willen wonen, omdat een of andere gek in Moskou vindt dat Oekraïne historisch geen bestaansrecht heeft. Of het recht van Amerikaanse vrouwen om over eigen lijf en leven te beschikken, omdat een fanatieke conservatieve en/of religieuze minderheid op talibanachtige wijze erin slaagt zijn wil op te leggen aan anderen. Ik ben er altijd van overtuigd geweest dat de mens in wezen goed is. Maar door de huidige toestand in de wereld is deze overtuiging danig aan het wankelen gebracht. Ook in ons eigen relatief veilige en rustige Nederland spelen kwesties die daaraan hebben bijgedragen. Op minder grote schaal dan de voorbeelden die ik net noemde, maar toch. Een daarvan – en u voelt hem waarschijnlijk al aankomen – is de toeslagenaffaire. U weet wel: die politieke affaire waarover het vorige kabinet Rutte viel omdat de Belastingdienst duizenden ouders en hun kinderen ten onrechte van fraude met kinderopvangtoeslagen bleek te hebben verdacht en – om een eufemisme te gebruiken – navenant had behandeld. De desastreuze consequenties die deze behandeling voor genoemde ouders en kinderen had, zijn op zichzelf reden genoeg om ons met z’n allen een eeuwigheid voor te schamen. We stonden erbij en keken ernaar. Waarom heeft er niemand op de rem getrapt? Volgens bestuurskundige Bert Marseille had bijvoorbeeld de Raad van State daar de wettelijke speelruimte voor. Zijn belangrijkste advies: de bestuursrechtspraak moet een tegenmacht durven zijn.
Marc Notebomer is eindredacteur van Publiek Denken
Maar schandaliger is nog dat we van onze “fouten” niks geleerd lijken te hebben. Volgens jurist Khadija Bozia, die gedupeerden bijstaat, stelt de Belastingdienst zich nog steeds weinig constructief op. Volgens Bozia moeten we als samenleving de verantwoordelijkheid dragen voor wat er is gebeurd en erover blijven praten. Maar zolang talloze ouders nog steeds op compensatie wachten, is daar in mijn ogen nog steeds niet echt sprake van. Dat ligt niet aan de UHT, die de compensatie van gedupeerden regelt. Die doet zijn stinkende best, legt directeur Anne Coenen uit. Nee... Wij zijn daar met z’n allen verantwoordelijk voor. In een tijdperk dat steeds meer draait om “ikke ikke en de rest kan stikken” maak je met die constatering helaas weinig vrienden. Misschien is het tijd dat SIRE haar campagne uit 2002 nog eens herhaalt. U weet wel: De maatschappij. Dat ben jij.
Deel dit artikel