Empty signifiers
Er zijn, zo heb ik eens geleerd, begrippen die eigenlijk geen betekenis hebben. Het zijn empty signifiers, lege begrippen. Ze verwijzen niet naar een tastbaar fenomeen, maar ontlenen hun betekenis aan de betekenis die mensen eraan toekennen. Dat maakt ze vaak razend populair. Het begrip duurzaamheid is er eentje. Het begrip ontwikkeling trouwens ook. Je kunt er alle kanten mee op. Iedereen geeft er zijn eigen betekenis aan. Het zijn begrippen die velen aanspreken, juist omdat ze weerkaatsen wat mensen er zelf in zien. Kijk. Nu snappen we gelijk waarom de Sustainable Development Goals zo populair zijn. Een soort kwadratische empty signifier. En dan ook nog eens in combinatie met het mooie woord goals. Eindelijk richting in een wereld waarin we vaak het gevoel hebben stuurloos en besluiteloos rond te dobberen. Hoe mooi kan het zijn.
Arwin van Buuren is bijzonder hoogleraar bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Die Sustainable Development Goals zijn mateloos populair. Inmiddels zijn er meer dan duizend organisaties lid van SDG Nederland. Ook zijn er al ruim honderd ‘Global Goals Gemeenten’ (bron: VNG). Ooit leerde ik voor mijn tentamen organisatiesociologie het principe van mimetische isomorfie. Een dure term voor organisaties die elkaar na-apen. Een beetje in de trant van: als zij het ook al doen, kunnen wij niet achterblijven. Vooral organisaties die onzeker zijn over hun eigen doelen of de vraag hoe die te bereiken, zijn vatbaar voor de imitatiereflex. Nou, dat gaat lekker dus. Een dubbele empty signifier die een snelle opmars maakt doordat organisaties die niet achter willen blijven ze in een reflex van onzekerheid adopteren. Niet verrassend meldt het CBS in haar rapport over 5 jaar implementatie van de SDG’s in Nederland (februari 2021) dat de doelen nog onvoldoende vertaald zijn naar de Nederlandse beleidspraktijk en er onvoldoende kwantificeerbare doelen worden gesteld. Logisch natuurlijk, want in dat geval gaat de vrijblijvendheid eraf en moet je er daadwerkelijk mee aan de slag. En toch geloof ik er wel in, in die doelen. Niet omdat ik, als calvinist begiftigd met een notoir pessimisme, denk dat we ze ooit gaan realiseren. Maar het is toch maar mooi een gedeelde taal waardoor partijen elkaar makkelijker moeten kunnen vinden. Het is toch maar mooi een gedeeld referentiekader waardoor partijen zich met elkaar kunnen meten. Het is toch maar mooi een brede agenda, waarmee het doen en laten van een organisatie richting krijgt en kan worden aangescherpt. Maar dan zijn er dus wel twee zaken van elementair belang. Adopteer ze bewust en met een duidelijk oogmerk. En maak ze vooral concreet en betekenisvol in de eigen context. Dan heeft het CBS over 5 jaar een beter verhaal dan nu.
Deel dit artikel