Individuele aanpak geeft jongeren toekomst terug
Rust en ruimte in hoofd en hart
Tekst Jelle van der Meulen Beeld Melvin van Liebergen en Marije van Kranenburg
Door rust te creëren en een aanpak op maat te bieden helpt het Jongeren Perspectief Fonds (JPF) jongeren met schulden hun leven weer op de rails te krijgen. De jongeren betalen hun schuld niet af met geld, maar met een maatschappelijke tegenprestatie.
Mark de Weijer (l.) en John Reilly
Marije van Kranenburg
‘Jongeren realiseren zich dat ze niet alleen staan’
Een kaartenhuis. Zo kan John Reilly zijn financiële situatie het beste omschrijven voordat hij in aanraking kwam met het JPF. Als telg van een familie ‘waar iedereen een uitkering heeft’, leerde hij nooit met geld om te gaan. Maar hij pakte al het werk aan dat hij kon vinden en vulde het ene gat in zijn administratie met het andere, waardoor hij lange tijd toch zijn hoofd boven water wist te houden. Maar door corona donderde het kaartenhuis in elkaar. Er was geen werk meer, zijn schulden liepen op en Reilly raakte het overzicht volledig kwijt. ‘Zodra je geen geld meer hebt, vallen heel veel dingen weg. Ik werd depressiever en depressiever. Ik kon mijn stress niet plaatsen, omdat ik mijn schulden niet kon plaatsen. Ik zag gewoon geen uitweg. Het is me altijd gelukt om me te redden en het goed te doen, maar dit was gewoon niet te redden.’ Nadat een commerciële schuldhulpverlener hem alleen maar dieper in de schulden drukte, bracht een vriend hem in contact met het JPF. ‘Het viel voor mij gelukkig nog mee omdat ik op tijd aan de bel heb getrokken. Met de hulp van JPF ben ik snel uit de schulden gekomen.’
Rust en ruimte Marije van Kranenburg is programmamanager bij Stichting Jongeren Perspectief Fonds. Die organisatie zet zich in voor landelijke opschaling van het JPF en ondersteunt gemeenten in implementatie en uitvoering van de aanpak, door middel van een toolkit, community en kennisdeling, de effectmonitoringstool en een Social Impact Bond. De aanpak van het JPF is zo succesvol omdat het anders is dan reguliere schuldhulpverlening, legt Van Kranenburg uit. ‘Die laatste werkt vrij eenvoudig. Je kijkt naar het inkomen en dus de afloscapaciteit en maakt een plan om af te gaan lossen. Maar die aanpak sluit niet aan bij jongeren. Ze zitten op school of willen naar school en hebben dus geen inkomen om af te lossen. En door hun leeftijd kunnen zaken als afspraken nakomen, op tijd zijn en papieren inleveren al lastig zijn.’ Jongeren hebben dus baat bij een andere aanpak. Gaat een gemeente aan de slag met de JPF-aanpak, dan koopt de gemeente alle schuldeisers af, waardoor een jongere alleen nog een schuld heeft bij de gemeente. ‘Dat zorgt in het hoofd en in het hart voor rust en ruimte,’ weet Van Kranenburg. ‘Als je op jonge leeftijd al schulden hebt, heb je bijna altijd ook problemen op andere leefgebieden. Met intensieve begeleiding werken we aan alle leefgebieden, waarbij het perspectief van de jongere centraal staat. Wil je kok worden, dan vragen we je niet om parkeerwacht te zijn. We willen dat een jongere zijn of haar dromen kan najagen.’ Het saneren van een schuld vergt een (soms flinke) financiële investering, maar die weegt niet op tegen de baten, zegt Van Kranenburg. ‘Door de lessen die de jongeren leren gedurende het traject hoeven ze niet een leven lang terug te vallen op gemeentelijke voorzieningen. Ook komen ze later meestal niet meer in de reguliere schuldhulpverlening terecht.’ Uit impactmetingen van JPF blijkt dat de gemeente per jongere die uit de schulden geraakt, maar liefst 10.000 euro netto bespaart.
Vuilniszak vol rekeningen Mark de Weijer is trajectbegeleider bij JPF Eindhoven, waar hij onder anderen werkt met Reilly. Met iedere jongere die hij begeleidt, stippelt hij een pad uit dat bij diegene past. ‘Iedereen heeft zijn of haar eigen perspectief en dromen. Maar at the end of the day wil bijna iedere jongere een soort huisje-boompje-beestje. Dat is de basis van waaruit je verder kunt. Dat is de zekerheid, daarna volgt hopelijk de rest.’ Wanneer een jongere zich aanmeldt voor het begeleidingstraject, volgt eerst een serie gesprekken in keukentafelsetting, legt De Weijer uit. ‘Wie ben je? Hoe ben je in de schulden terechtgekomen? En wat zou je willen? Dat perspectief is heel belangrijk. In reguliere trajecten kan het zo zijn dat je al het beschikbare werk moet aannemen zodat je kunt aflossen. De grote plus van JPF is dat je kunt studeren en toewerken naar een eigen plek, naar datgeen wat je echt wilt.’ Maar allereerst is het van belang om samen met een jongere rust te creëren, vertelt De Weijer. Zodra een schuldregeling is getroffen, komen er niet langer brieven binnen en valt een groot deel van de stress weg. ‘Soms komen jongeren aan met een vuilniszak vol rekeningen die ze nooit hebben geopend. Die zak ligt onder hun bed: ze slapen letterlijk op de onbetaalde rekeningen. Dan weet je het natuurlijk niet meer, dan sta je puur in de overlevingsstand. Zodra je rust vindt, kun je ook weer vooruit kijken.’
Een eigen huis In juni van dit jaar presenteerde minister Schouten (Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen) de aanpak Geldzorgen, Armoede en Schulden. Werken moet meer gaan lonen, mensen krijgen extra hulp bij het vinden van werk en kinderen en jongeren krijgen financiële educatie. Concrete doelen zijn een halvering van het aantal kinderen dat opgroeit in armoede in 2025 (ten opzichte van 2015) en een halvering van het aantal mensen in armoede en het aantal huishoudens met problematische schulden in 2030. Van Kranenburg is positief gestemd over de plannen van de minister. ‘Ze zet in op grote aanpassingen in het systeem, waarbij we veel meer ondersteunen in plaats van bestraffen. Dat is een andere – en goede – tendens. We mogen sowieso best wat liever en wat minder veroordelend zijn. Gelukkig is de maatschappelijke houding ten opzichte van mensen met schulden al vele malen milder dan een aantal jaren geleden.’
‘Afspraken nakomen, op tijd zijn en papieren inleveren kunnen al lastig zijn’
‘We willen dat jongeren hun dromen kunnen najagen’
Lot uit loterij Wat Reilly betreft mag ook meer aandacht voor huisvesting worden opgenomen in de aanpak. Toen hij bij De Weijer aanklopte, was hij tijdelijk dakloos. Na twee maanden kreeg hij een sociale huurwoning toegewezen. ‘Dat was echt een lot uit de loterij. Ik zwierf van studentenwoning naar anti-kraak naar gedeelde kamers met anderen. Nu ik een eigen sociale huurwoning heb waar ik voor onbepaalde tijd zit, heb ik rust. Ik weet dat huisvesting een bijna onmogelijk probleem is, maar mensen met schulden zijn al een heel eind geholpen als ze ergens rustig kunnen wonen.’ De Weijer sluit zich daarbij aan. ‘Wonen is nu echt een beperkende factor in onze aanpak. Je kunt met jongeren heel veel stappen maken maar als ze niet een eigen veilige plek hebben om op terug te vallen, kan het soms lastig zijn om ze echt verder te helpen. Ik denk dat we behoefte hebben aan een aanpak waarbij intensieve begeleiding samengaat met huisvesting en financiële trajecten op scholen.’ Zo’n integrale aanpak lijkt op die van het JPF, waarin alle leefgebieden aangepakt worden. Reilly wil een lans breken voor een bottom-upaanpak bij dergelijke problematiek. ‘Het zijn geen top-downproblemen, dus kun je ze ook niet top-down oplossen. Mensen die er iets vanaf weten, zijn ook degenen die vaak het best begrijpen hoe je het kunt oplossen. Kijk je in vogelvlucht naar problemen, dan lijken die heel gemakkelijk, maar dat is niet het perspectief van degene die ze ondergaat.’
Kijken zonder oordeel JPF werkt zo goed vanwege de individuele aanpak, denkt De Weijer. ‘We nemen de tijd en de ruimte om te kijken naar wie iemand is, zonder diegene te veroordelen. Je hebt tijd en aandacht nodig om een plan te maken, om patronen te doorbreken.’ Begeleiders helpen daarbij, maar De Weijer en zijn collega’s proberen van de jongeren ook een kleine gemeenschap te maken. Daardoor realiseren ze zich dat ze niet alleen staan en kunnen ze van elkaar leren. ‘We zorgen dat jongeren niet alleen van hun schulden afkomen, maar ook stappen maken op andere vlakken. Lukt dat, dan is diegene weer klaar om deel te nemen aan de maatschappij.’ Reilly hoefde niet lang na te denken over wat hij wilde. Na een eerdere studie Game art en illustratie studeert hij nu Beeldende kunst aan de kunstacademie in Den Bosch. Daarnaast doet hij vrijwilligerswerk bij Dynamo, het jongerencentrum waar De Weijer regisseur is. De Weijer: ‘Dat is precies zoals we het voor ogen hebben: een maatschappelijke tegenprestatie die aansluit bij wat voor een jongere zelf aansprekend is. Je geeft iets terug, maar het is nog mooier als je dat kunt verbinden aan iets waar je zelf ook aan iets aan hebt.’ ◼
Wilt u meer weten over Stichting Jongeren Perspectief Fonds en de aanpak? Neem dan contact op via info@jongerenperspectieffonds.nl of bezoek www.jongerenperspectieffonds.nl.
Deel dit artikel