Weifeltrots
Rond het begrip loyale tegenspraak hangt een bijzondere geur van twijfel en trots. Meer auteurs in deze special worstelen met wat in feite een breed spectrum bestrijkt: van voorzichtig je vinger opsteken met een vraag tot activistisch het werk neerleggen. Met als interessante bijvangst een collectieve propaganda voor het ambtenaarschap: de publieke dienst komt over het voetlicht. En dat levert ongemak op, met alle emoties en bespiegelingen van dien. Ik heb het liever over professioneel adviseren, zegt Vincent Roozen. De SG van BZK stoeit hardop met de scheidslijn tussen ambtelijke en politieke rollen. Tegenspraak is per definitie loyaal, kaatst voormalig DG Mark Frequin naar Erik Pool van het rijksbrede programma Dialoog & Ethiek. Die in hun app-duet wijst op de noodzaak om collectief werk te maken van wat er nodig is voor een ‘onbuigzame, rechtsstatelijke ruggengraat’. Loyaliteit is altijd een mix van professionele en persoonlijke opvattingen, brengt bestuurskundige Erik-Jan van Dorp naar voren: ‘Je vertelt elkaar de waarheid, ook als dat niet goed uitkomt, maar je houdt elkaar tegelijkertijd vast.’
Guido Rijnja is adviseur communicatiebeleid bij de Rijksvoorlichtingsdienst. Eerder werkte hij in communicatiefuncties bij de gemeenten Den Haag en Rotterdam, de VNG en de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Justitie en Veiligheid.
Misschien ligt juist in de combinatie van twijfel en trots het eigene van ambtenaarschap besloten. En gaat het er vooral om ongemakkelijke loyaliteiten tevoorschijn te luisteren. Wat bepaald niet appeltje-eitje is, maken Toon Kerkhoff en Zeger van der Wal uit onderzoek op: vaak verdringt een focus van leidinggevenden op de politieke arena de expertise van medewerkers, morele grondslagen en beginselen van behoorlijk bestuur. Veel komt dus aan op de wijze waarop medewerkers en leidinggevenden elkaar kunnen aanspreken. Oefenen, zegt Ellen Viergever van het rijksbrede programma dat niet zomaar de begrippen Grenzeloos Samenwerken en Ambtelijk Vakmanschap in één vaandel draagt. In gesprekken ontdek je wat iemand nodig heeft voor een goede afweging. Arjen Doosje schudt in een vraaggesprek enkele verrukkelijke staaltjes praktische wijsheid uit zijn mouw. Hij deed die op bij de stikstofopgaven. Zoals: help beslissers de verrassingen die nu eenmaal bij ons werk horen in een perspectief te plaatsen en laat zien wat de impact van voornemens is voor mensen voor wie het beleid bedoeld is. Genieten van weerstand doopte ik in 2012 mijn proefschrift naar de ambtelijke omgang met tegenspel. Je zou het ook weifeltrots kunnen noemen: werkende weg snappen wat een opgave nodig heeft – en dus de mensen die daar voor tekenen. Ik zie weer een Franse leraar met een schoolklas de camping opkomen. Samen proberen de kinderen een grote tent op te zetten. Het gaat er soms fel aan toe. We raken in gesprek en hij drukt me een boek in handen van Philippe Meirieu, een pedagoog. Het heet Pédagogie: le devoir de résister: de plicht om weerstand te bieden. ‘Daar draait het om op school?’ vraag ik. Hij grijnst: ‘In elke relatie heb je recht op vrijheid en vorming.’
Deel dit artikel