Fouten maken mag in Wormerland
Tekst Rutger van den Dikkenberg Beeld Gemeente Wormerland
Wormerland staat nog aan het begin van het participatieproces, maar mag zich nu al koploper noemen. De gemeente koestert de relatie met de verschillende dorpen, en wil die nu verder verdiepen, door vooral faciliterend op te treden. Dat gaat al lerend, want: fouten maken mag, mits je daar eerlijk over bent.
Julia Laar

Rick Ossendorp
Wormer, Spijkerboor, Jisp, Neck, Wijdewormer, Oostknollendam; het Noord-Hollandse polderland ten oosten van de Zaan is bestrooid met kleine dorpjes. Tot in de jaren negentig waren een aantal van die plaatsen zelfstandige gemeenten; sinds de fusie maken ze al ruim dertig jaar deel uit van de gemeente Wormerland, met ruim 16.000 inwoners. Maar de relatie met de dorpen bleef bestaan, in de vorm van contactcommissies, bestaande uit inwoners van de dorpen. ‘Die zijn een fijne brug tussen de inwoners en de gemeente’, zegt Julia Laar, projectleider in Wormerland. ‘De commissies zijn onze belangrijkste samenwerkingspartner in de kernen. Ze weten vaak beter wat er speelt dan wij.’ Als gevolg van het nieuwe participatiebeleid worden de werkafspraken met de contactcommissies geüpdatet. En of Wormer zelf, de plaats waar het gemeentehuis staat, niet óók een contactcommissie moet hebben.
Opnieuw beginnen Het hernieuwde contact met de commissies vormt een van de onderdelen van het nieuwe participatiebeleid. ‘Ons beleid was toe aan vernieuwing,’ legt wethouder Rick Ossendorp uit. Na de verkiezingen van 2022 spraken de coalitiepartijen daarom af het beleid opnieuw op te stellen. Dat gebeurt met vallen en opstaan, lacht Ossendorp. Het basisstuk dat werd opgesteld, moest het startstuk worden van een gezamenlijk gesprek op het gemeentehuis over de koers. Maar deelnemers zagen het startdocument al snel als vaststaand beleid. ‘Dat was niet wat we wilden,’ zegt Ossendorp. Wormerland begon opnieuw, met een rondgang door de organisatie en langs de contactcommissies en de gemeenteraad. Ossendorp is enthousiast over de conclusies. ‘Participatie is maatwerk,’ zegt hij, ‘en vraagt om respect voor elkaars toevoegingen, belangen en rollen. Maar transparantie is minstens zo belangrijk. Je kunt in een traject wel stapels documenten over de inwoners uitstrooien, maar is dat nou de openbaarheid die we zoeken? We willen de inwoner bedienen. Transparantie betekent dan vooral dat je zaken uitlegt in de taal die mensen snappen. En dat we duidelijk uitspreken wat we van elkaar kunnen verwachten.’ De Noord-Hollandse gemeente maakt daarbij onderscheid tussen bewonersparticipatie en overheidsparticipatie. Bij de eerste variant ligt het initiatief bij de gemeente, die inwoners, ondernemers en andere belanghebbenden uitnodigt om mee te denken over een traject. Bij overheidsparticipatie ligt het initiatief juist bij de inwoners, en doet de gemeente mee. Die variant vergt nog oefening, zegt Laar. ‘We kunnen niet verwachten dat bewoners altijd vanuit hunzelf met initiatieven komen om bijvoorbeeld de leefbaarheid te verbeteren. Dat willen we wel beter faciliteren.’
‘Participatie behoeft respect voor elkaars toevoegingen’
Zachte stem Participatie leidt tot beter beleid, wethouder Ossendorp is ervan overtuigd. ‘Zeker als het lukt om ook de zachte stem te horen, die van de inwoner die heel constructief is maar niet altijd vooraan staat.’ Wormerland neemt meerdere initiatieven om ook die mensen te bereiken. Zo is er de ruimtepost, ontwikkeld door een trainee. Bij ruimtelijke plannen in een bepaalde wijk zet de gemeente een brievenbus neer. Omwonenden krijgen een brief met een oproep om vooral te reageren op een concrete vraag. De animo, zegt Laar, is groot. ‘We zien dat er heel veel gereageerd wordt.’ Leren mag dus, in Wormerland. Nog zo’n leermoment. Als uitvloesel van het nieuwe participatiebeleid, haalt Wormerland de banden met de contactcommissies aan. Een nieuwe set afspraken moet daar invulling aan geven. In Wormerland ontstond al snel het idee dat de commissies hier zelf het voortouw in zouden moeten nemen, zegt Laar. ‘Zij hebben kennis van zaken en weten wat wel en niet werkt in de samenwerkingsafspraken.’ De bedoeling was dat de dorpen na de zomer met een concreet voorstel zouden komen. Maar toen het eind september nog steeds stil was, trok Laar aan de bel. ‘Misschien was het toch te ambitieus om te verwachten dat de commissies dit helemaal zelf zouden doen. We hebben nu als gemeente toch wat meer initiatief genomen, om het voor de commissies toch wat gemakkelijker te maken. We hebben nu een heel leuke sessie met ze gehad, met stickers, stiften en post-its. Zo proberen we toch altijd maatwerk te leveren. Maar we hebben wel iets meer gefaciliteerd dan we vooraf hadden bedacht. Dat is niet erg, want het resultaat mag er zijn.’
Piramide Eigenaarschap is belangrijk. Wethouder Ossendorp wijst op de participatiepiramide. Die loopt van ‘informeren’ onderaan de voet, naar ‘meebeslissen’ aan de top. Vaak beginnen organisaties onderaan, om uit te zoeken hoe hoog ze kunnen komen bij een bepaald traject. In Wormerland draaien ze het om. ‘We beginnen bij het hoogst haalbare’, zegt Ossendorp. ‘Kunnen we dit volledig in handen leggen van de burgers? Als dat niet haalbaar is, zakken we een stap. Wij denken dat je op deze manier op een hogere vorm van participatie uitkomt dan wanneer je onderop begint.’ Door die brede aanpak groeit het enthousiasme onder de medewerkers, zegt Laar. ‘Ik merk dat collega’s mij steeds beter weten te vinden. Dat is echt wel anders dan een paar jaar geleden. En we hopen dat de ambassadeurs hier ook handen en voeten aan gaan geven. Ossendorp: ‘Het helpt ook dat ambtenaren niet het idee hebben dat ze er alleen voor staan, maar dat ze bij Julia terechtkunnen.’
Toolkit De komende periode wordt gebruikt om een toolkit in te richten met alle goede voorbeelden. Medewerkers die met een participatietraject aan de slag willen, kunnen hierin grasduinen en voorbeelden opdoen van vormen die werken bij bepaalde beleidsvraagstukken. ‘Daar zijn lessen uit te trekken, ook als het niet goed gegaan is. Het is learning by doing.’ ◼
Deel dit artikel