
Straatarts
Onlangs was ik aanwezig bij een lezing van Michelle van Tongerloo. Misschien wel de bekendste straatarts van Nederland, die juist en in het bijzonder klaarstaat voor mensen die door het reguliere systeem niet (kunnen) worden geholpen. De voorbeelden die Van Tongerloo in haar verhalen gebruikt, zijn niet zelden hartverscheurend. De beelden die ze laat zien, branden zich vast op je netvlies. De hopeloosheid van de kruistocht langs allerhande instanties (het systeem) grijpt je bij de keel en laat je niet meer los. Juist de meest kwetsbaren vallen in ons systeem niet zelden tussen wal en schip en komen door het systeem van de regen in de drup. Tijdens haar lezing zei Van Tongerloo een zinnetje wat bij mij bleef haken: ‘Het systeem is altijd imperfect.’ Daarmee gaf ze aan dat je een systeem niet zodanig kunt ontwerpen dat het alle gevallen goed behandelt. Elk systeem is gebaseerd op keuzes en is beter ingesteld op bepaalde soorten situaties dan op andere. De meest geavanceerde systeemwereld legt het af tegen de complexiteit van de leefwereld. Dat is zo en dat blijft zo.
Arwin van Buuren is bijzonder hoogleraar bestuurskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Na talloze trajecten om zorg via het reguliere systeem te regelen voor bijvoorbeeld ongedocumenteerden die medische zorg of een tijdelijk thuis nodig hadden, besloot Van Tongerloo om het over een andere boeg te gooien. Ze startte haar eigen crowdfunding-platform om zo middelen te verwerven om patiënten buiten het reguliere systeem om te kunnen helpen. Inmiddels is paradoxaal genoeg de ambtelijke organisatie van haar thuisstad de partij die het vaakst een beroep doet op de diensten van Van Tongerloo. Omdat het systeem gewoonweg niet werkt. Ik heb me erover zitten opwinden. Kan het systeem dan echt niet beter? Is dit niet al te gek, dat uitgerekend ambtenaren de informele weg zoeken omdat the system says no? Of is die opwinding onnodig? En moeten we met elkaar durven constateren dat dit samenspel tussen “formele” en “informele” zorg gewoonweg onmisbaar is in een samenleving? En kunnen we misschien beter zorgen dat deze informele zorg de ruimte krijgt en in ieder geval niet wordt tegengewerkt? En heel misschien – maar nu word ik misschien al te ambitieus – dat het systeem van formele zorg wat pragmatischer en flexibeler wordt om hierop in te haken, aan te vullen en op voort te borduren?
Deel dit artikel