Inge van Gansewinkel zoekt de rafelrandjes op
Tekst Marc Notebomer Beeld Hilbert Krane
Inge van Gansewinkel is de Ambtenaar van het Jaar 2024 geworden. Bovendien heeft ze van alle finalisten de meeste stemmen weten binnen te halen en is ze de winnaar van de Publieksprijs. Als programmamanager nachtcultuur bij de gemeente Haarlem zet Van Gansewinkel zich in om het perspectief van jongeren in te brengen in het beleid van de gemeente. ‘De energie en ideeën van jongeren zijn aanstekelijk en inspirerend. Ik zet me er voor in dat de nieuwe generatie meetelt.’
Voor Inge van Gansewinkel draait ambtenaarschap om luisteren en aanwezig zijn: ‘Echt de stad en haar bewoners ervaren’
‘Jongeren worden niet gehoord in gemeentelijke participatie’
Tot ruim 6 jaar geleden werkte Van Gansewinkel in de commerciële sector, maar de publieke sector trok haar altijd al. ‘De kans om echt iets voor de samenleving te betekenen en complexe vraagstukken aan te pakken, bleef in mijn gedachten hangen. Ik zag steeds meer mensen vastlopen in de regels van de overheid, en hoe een strak georganiseerd systeem vaak vernieuwende ideeën in de weg staat. Daar wilde ik verschil maken.’ Gaandeweg viel haar op dat jongeren vaak niet worden meegenomen in gemeentelijke participatie. Van Gansewinkel: ‘Hun perspectief ontbreekt, terwijl zij onze toekomst zijn. In mijn rol als programmamanager nachtcultuur zet ik me er voor in dat de nieuwe generatie meetelt. Hoe bijzonder is het dat ik daaraan kan bijdragen? En dat er zichtbare veranderingen zijn in de stad waar ik woon. Winkels die eerder opengaan op zondag, een 10.000-stappenroute langs de rafelrandjes van de stad, nieuwe culturele festivals in de nacht en de eerste queer nachtclub. Door dit werk krijgt Haarlem een extra laag en betekenis voor mij.’
Queer community Volgens wethouder zorg & welzijn, werk & inkomen en cultuur gemeente Haarlem Diana van Loenen gaat Van Gansewinkel nooit een uitdaging uit de weg. ‘Ze kijkt vooral naar wat kan. Dat is natuurlijk ontzettend fijn voor onze inwoners en ondernemers, maar ook voor mij als wethouder. Zo’n 2 jaar geleden is in het Haarlemse coalitieakkoord vastgelegd dat we meer reuring in de nacht willen. Meer nachtcultuur. Bij zo’n opdracht hoort iemand die daar vol voor gaat en gaat trekken en sleuren. Dat is Inge. Ik word regelmatig in de stad aangeklampt door een ondernemer of een actieve inwoner die met enthousiasme over Inge begint. Ze wordt gezien als ambassadeur van de gemeente en dat zie ik als een groot compliment voor onze ambtelijke organisatie.’ ‘Van Gansewinkel heeft samen met de belangenbehartigers van het nachtleven een uitgebreid traject met de stad doorlopen om te komen tot een Nachtvisie,’ gaat Van Loenen verder. ‘Zo heeft ze veel oog gehad voor de minderheidsgroepen in onze samenleving, zoals de queer community. Maar ook voor het soms wankele evenwicht tussen leefbaarheid en levendigheid, want natuurlijk staan niet alle inwoners te springen om meer nachtleven in Haarlem.’
Hippe locaties Van Gansewinkel heeft een opdracht die diep in de gemeentelijke bureaulade heeft gelegen tot een succesvol programma laten uitgroeien, zegt Cecile Hubers, gebiedsmanager Haarlem centrum. ‘Veelvuldig werd afgelopen jaren vanuit de politiek de wens geuit de nachtcultuur op de kaart te zetten, geen ambtenaar in Haarlem die daar zijn vingers aan wilde branden. Te veel verschillende (ongrijpbare) partijen, bovendien moet je er ’s avonds laat en zelfs ’s nachts je bed voor uit. Maar Inge wel. Ze sprak met horeca-ondernemers, de podia en cultuur-instellingen, de jongerenorganisaties, de schooldirecties, bewoners in de buurt van uitgaancentra en bezocht andere steden in binnen- en buitenland in haar vrije tijd om te ervaren hoe daar de nachtcultuur was georganiseerd.’ Hubers vervolgt: ‘Om de jongeren te bereiken organiseerde Inge meerdere bijeenkomsten op hippe locaties waar jongeren graag komen om van hen te horen waar hun uitgaanswensen liggen. Het leuke daarbij was dat die jongeren niet konden geloven dat Inge dat deed als ambtenaar. Zo flitsend en dynamisch, dat kon geen ambtenaar zijn. Deze bijeenkomsten waren geen doorsneeparticipatieavonden maar werden ingeleid met een muzikaal programma en na inhoudelijke discussie afgesloten met een dansfeest. Om de mening van scholieren te horen, hield ze enquêtes waarbij deelnemers werden “gelokt” met een beloning om erachter te komen hoe 16- tot 18-jarigen graag uitgaan.’ ‘Ambtenaarschap draait per slot van rekening om luisteren en aanwezig zijn,’ vult Van Gansewinkel aan. ‘Echt de stad en haar bewoners ervaren. Wandel tijdens je lunch door de stad om met eigen ogen te zien waar de leegstand zit en welke nieuwe horecazaken de buurt verrijken. Maak ’s nachts een ronde door een uitgaansstraat om de sfeer en dynamiek te proeven, en spreek jongeren aan om te horen wat zij in de stad missen. De beste ideeën liggen vaak letterlijk op straat.’ Daarnaast gelooft ze dat de overheid effectiever wordt als verkokering wordt doorbroken. ‘Te vaak stagneren projecten door afdelingsbelangen. In multidisciplinaire teams, waar collega’s elkaars taal leren spreken en expertise delen, komen we eerder tot resultaat.’
‘Ambtenaarschap draait om luisteren en aanwezig zijn’
Mooiste initiatieven Ze besluit: ‘Dat is het mooie van werken aan een programma nachtcultuur: het stimuleert samenwerking en draagt bij aan een lerende cultuur. En, vooral nu de samenleving zo gepolariseerd is, is het cruciaal om de gemeenschappelijke deler te vinden, zowel binnen als buiten de organisatie. In de meeste gevallen zijn we het namelijk voor 95 procent eens met elkaar.’ ◼
Deel dit artikel