Yamina Ayadi ziet de mens achter het nummertje
Tekst Dave Schut Beeld Hilbert Krane
Hulpverlener Yamina Ayadi weet hoe belangrijk het is om achter de voordeur van mensen te komen. In 2023 werd ze verkozen tot Sociaal Werker van het Jaar. Ayadi staat gezinnen bij die het moeilijk hebben. Ze vertelt wat ambtenaren kunnen leren van haar persoonlijke aanpak.
‘Die ambtenaar keek me aan en zei: Maar uw zus heeft kanker, u toch niet?’
Yamina Ayadi is hulpverlener bij Team Toekomst en studeert sociaal werk aan de Hogeschool Rotterdam. Ze is moeder van drie kinderen. Er was een tijd dat ze minder aankon. ‘Ik vind het moeilijk om erover te praten, maar ik had een burn-out. Mijn moeder was net een maand overleden, en toen kreeg mijn zus te horen dat ze maagkanker had. Ik was ook nog zwanger.’ Ayadi had destijds een uitkering, en de ambtenaar die contact met haar had, was op z’n zachtst gezegd weinig tactvol. ‘In Rotterdam is het gebruikelijk dat mensen met een uitkering een tegenprestatie leveren. Dat kon ik toen niet opbrengen. Die ambtenaar keek me aan en zei letterlijk: “Maar uw zus heeft kanker, u toch niet?” Ze heeft zelfs mijn medische verklaringen weggegooid om zo haar eigen verhaal te bekrachtigen.’ Ayadi's uitkering werd drie maanden stopgezet. Ze noemt het machtsmisbruik. ‘Helaas werd deze ambtenaar beschermd door het systeem, ten koste van mij als burger. Ik ben toen een zaak begonnen. Ik moest letterlijk mijn stem verheffen om aan te geven: dit is onrecht, dit kan niet. Die zaak heb ik gewonnen, maar ik heb toen ingezien hoe moeizaam zoiets kan gaan.’
Feestje Ayadi begon te onderzoeken hoe ze dit soort situaties voor anderen kon voorkomen. ‘Ik heb de taal, de kennis en ik weet wat mijn rechten en plichten zijn. Maar wat moet iemand doen die dat allemaal niet heeft?’ Ze besloot zich in te zetten voor kwetsbare gezinnen in de wijk. ‘Al snel werd ik gevraagd om ouderen uit de Marokkaanse gemeenschap te ondersteunen. Zo werd ik door meerdere kwetsbare bewoners om hulp gevraagd en bouwde ik langzamerhand een netwerk op. Uiteindelijk kwam ik bij Team Toekomst terecht doordat ik directeur Mirjam van Rijn had benaderd voor sponsoring van een kickboksschool. Dat werd een ongepland sollicitatiegesprek.’ Ondertussen wilde ze een mbo-opleiding sociaal werk gaan volgen. ‘Maar de eerste keer dat ik me aanmeldde, kreeg ik te horen: mevrouw, u wordt niet toegelaten, want de eisen zijn te hoog. U kunt dat niet aan. Nou, het heeft me heel veel energie en doorzettingsvermogen gekost, maar het is gelukt. Van honderden studenten die met mij begonnen, was ik de eerste die haar diploma mocht ophalen. Dat was echt een mijlpaal.’ Ayadi benadrukt dat zoiets niet zonder hulp kan. ‘Ik heb zoveel steun gehad, vanuit collega’s, vrienden, familie, buurtbewoners. Toen ik mijn diploma mocht ophalen, was eigenlijk het idee dat ik alleen even kwam tekenen. Ben je gek, zeiden mijn collega’s. We gaan er een feestje van maken.’ Ze lacht. ‘Ze hebben dat gebouw gewoon bestormd. Die mensen schrokken zich dood.’
Grenzen aangeven Mirjam van Rijn, directeur van Team Toekomst, droeg Ayadi aan voor de titel Sociaal Werker van het Jaar. ‘Dat had ze niet met mij besproken, dus ik was er echt door verrast. Ik ben het ook niet gewend om mijn successen te delen. Dat is iets tussen mij en mijn cliënten. Uiteindelijk heeft zelfs de burgemeester een woordje gedaan. Dat vond ik heel eervol.’ Team Toekomst streeft naar kansengelijkheid voor elk kind. ‘We richten ons vooral op talentonwikkeling, sport- en cultuuractiviteiten. Veel gezinnen worstelen hiermee. Een kind wil bijvoorbeeld graag voetballen, maar de ouders kunnen de contributie niet betalen. Dan helpen wij. Er zijn veel potjes beschikbaar voor zulke situaties. Maar mensen weten niet dat er zoiets als een Jeugdfonds Sport & Cultuur bestaat.’ Ayadi ziet dit als een opening om kinderen weerbaar te maken. ‘Het is een manier om bijvoorbeeld hun sociaal-emotionele ontwikkeling te stimuleren. Het doel is ook om de schoolresultaten te helpen verbeteren. En om zelfvertrouwen te kweken. Dat een kind zijn grenzen kan aangeven, kan inschatten wat hij wel en niet wil.’
‘Als inwoner van een achterstandswijk weet ik hoe hulpverleners naar ons kijken’
Inwoners als mens Ze ziet geregeld schrijnende gezinssituaties. ‘Huiselijk geweld, armoede, beschimmelde woningen. Je kunt natuurlijk niet verwachten dat een kind weerbaar wordt als de thuissituatie niet stabiel is. Elk kind heeft een fatsoenlijke lunch nodig op school, normale kleding, dat soort dingen.’ Doorgaans zijn mensen bereid om zich door Ayadi te laten helpen. ‘Ik kom achter de voordeur, waar een andere hulpverlener misschien tegenaan loopt. Dat komt door de vertrouwensband. Er zijn gezinnen bij die ik al jaren bezoek. Ik werk ook niet volgens het systeem, of volgens een vooraf bedacht plan van aanpak. Het gaat om maatwerk. Ik ga het gesprek aan, daarna maak ik pas een plan.’ ‘Omdat ik zelf in een achterstandswijk woon, weet ik hoe hulpverleners naar mensen gaan kijken, op den duur. Ze gaan hen als een nummertje zien, als iets om af te vinken. Daar moeten we vanaf. Elk mens is uniek. Iedereen verdient een waardige behandeling.’ Ook ambtenaren zouden dat als ambitie moeten hebben, zegt ze. ‘Hulpverleners zijn namelijk geneigd om de denkwijze van ambtenaren over te nemen. Dus bied erkenning, als ambtenaar. Toon begrip. Doe je uiterste best om het voor inwoners beter te maken. Pas als de ambtenaar de mens achter het nummertje ziet, ziet de hulpverlener dat ook.’ ◼
Deel dit artikel